Doen wat goed voelt. Me aanmelden voor een trailweekend in Schotland met een groepje onbekenden viel in die categorie. En man, wat was dat een goed keus. Met drie heel verschillende, maar allemaal even mooie, trails in de benen, fantastische herinneringen, lieve medelopers die ik heb leren kennen en onwijs veel foto’s en filmpjes van het magische Schotse landschap keerde ik huiswaarts. Dit had ik niet willen missen!
Korte bocht, lange bocht
Op vrijdag 11 maart vertrokken we aan het einde van de middag vanaf Eindhoven Airport naar Edinburgh. Slechts anderhalf uur vliegen later stonden we al op Schotse bodem om de huurauto’s op te halen. Met een Kia Proceed onder mijn kont navigeerde reisgenoot Eric mij, en met Edwin op de achterbank, van autoverhuurbedrijf naar het hostel in hartje Edinburgh. ‘Korte bocht, lange bocht, linkerbaan aanhouden, ik zou iets meer naar rechts gaan’. Heel fijn om iemand bij je in de auto te hebben die je laat wennen aan het links rijden! Eenmaal in het hostel was het spullen neergooien en een hapje gaan eten. Het zal ergens rond tienen zijn geweest, dus hoogste tijd. Een paar deuren verderop streken we neer bij The Castle Arms. Tijd voor een biertje en een burger! Eenmaal terug in het hostel was het tijd om te slapen en me alvast te verheugen op de trail die voor de volgende dag gepland stond.
Wat een woei!
Ten zuidwesten van Edinburg liggen de Pentland Hills , een uitgestrekt gebied met ‘middelhoge heuvels’ waarvan de hoogste ongeveer 600 meter is. Dat was onze bestemming voor de eerste traildag. Zoals het zo vaak gaat in een gebied waar je nieuw bent, werden er in het eerste kwartier meer foto’s gemaakt dan meters afgelegd. Maar hé, we hebben de hele dag! De eerste kilometers was het grotendeels stijgen. Op onderstaand plaatje is mooi te zien hoeveel topjes we hebben gehad.
Hoe ‘hoger’ we kwamen, hoe harder de wind. Na het eerste topje zei ik nog heel stoer dat mijn jasje echt niet aan hoefde, maar daar kwam ik snel van terug. En zo heel makkelijk was het niet om een jasje aan te doen en ondertussen te zorgen dat je petje niet wegwaaide. Maar man, wat was het beuken tegen de wind. Ik snap nu hoe bergbeklimmers zich voelen! En dan zaten wij nog niet eens op 600 meter hoogte, maar door de kale vlakte kregen we letterlijk de wind van voren. Welke kant ik tijdens het klimmen ook opkeek, het was aan alle kanten mooi. Met als kers op de taart een regenboog die verschillende keren tevoorschijn kwam. Wat een fantastisch landschap. Waar je ook keek, het bleef mooi.
Geen woorden voor
Na 11 kilometer en ruim 2,5 uur verder was het tijd om te splitsen. Ik wilde graag nog wat klimmetjes (en kilometers) meepakken en ging met Rutger alleen verder, terwijl de rest rustig een iets kortere en vlakkere route terug nam. Na een stukje ‘vlak’ lopen, kwamen we in het laatste deel weer in het glooiende landschap en hadden we wederom mooie uitzichten. Zo genieten! Na 25km en 1400 hoogtemeters was het tijd voor een kop kippensoep en een bijna even grote kop koffie. De dag sloten we af met een etentje bij de Italiaan en een bezoek aan een kroeg voor een whisky/biertje. Na het hostelontbijtje gingen we op dag 2 op weg naar Argyll Forest Park. Bij de plaats Succoth in de buurt van Loch Lomond, was ons startpunt voor een trail door een heel ander landschap. Minder hoogtemeters, maar ook in lager gelegen delen is het fantastisch. En vooral natter. Binnen een paar kilometer had ik al zeiknatte voeten. Grotendeels mijn eigen schuld, want stampen door de plassen en stroompjes blijft toch leuk. Was het de eerste dag met name veel open vlaktes, nu was er volop afwisseling van landschap. We liepen door stukjes bos, over grindpaden met onwijs mooie uitzichten op heuvels (of zijn het bergen?) met besneeuwde toppen. En dan vergeet ik nog alle watervallen. Als je door zo’n landschap loopt weet je niet waar je moet kijken. De laatste restjes sneeuw op de toppen, het water onder je als je over een brug loopt, de lager gelegen gedeeltes als je een keer achterom kijkt. Zo veel indrukken die ik maar lastig in woorden uit kan drukken en die je zelf moet ervaren. Wie zelf graag hardloopt door de natuur snapt ongetwijfeld wat ik bedoel. Hoe fijn het is om je onder te dompelen in een landschap en daar eigenlijk niet meer weg te willen.
Arthur’s Seat
De laatste ochtend waren we (bijna) allemaal vroeg wakker en besloten we om vroeg op pad te gaan zodat we bij terugkomst nog even rustig konden douchen voordat we gingen uitchecken. Nog voor 7.30 uur liepen wij al door de straten van Edinburgh op weg naar Arthur’s Seat, een oude vulkaan die de belangrijkste top is van de groep heuvels in Edinburgh. Met een hoogte van 251 meter een stukje lager dan de hoogtes de dagen ervoor, maar hoog genoeg voor mooie uitzichten over de stad. En zicht op de Pentlands. Zo fijn om in de ochtenduren op deze plek te zijn, terwijl de stad verder aan het ontwaken is. Voor mijn gevoel gingen we veel te snel weer terug richting het hostel, maar zo onderhand was het ook wel tijd voor ontbijt. Het ontbijt werd uiteindelijk eerder een brunch, maar des te lekkerder smaakten de zalm en het ei. Even geen hostelontbijtje meer, maar scrammbled eggs. Daar was ik zo aan toe! In de loop van de middag vertrokken we alweer richting vliegveld met een heleboel herinneringen in mijn bagage.
Aanrader of niet?
Mijn weekendje Schotland heb ik geboekt via Viking Adventure Sports. Omdat mijn tempo over het algemeen wat lager ligt dan andere lopers sluit ik me niet zo snel aan bij een georganiseerde reis. Hoewel ik het helemaal niet erg vind om achteraan te lopen wil ik een groep niet tot last zijn. Bij Viking wordt er rekening gehouden met ieders tempo en voelde ik me goed op mijn plek. Ik was de enige die op de eerste dag een langere lus wilde lopen en kreeg alle ruimte om dat ook te doen (met begeleiding). De sfeer in de groep was fantastisch en ik heb geen moment spijt gehad van mijn beslissing om mee te gaan. Ook al sliepen we in een hostel (ja, ik ben best een luxe beest), reisden we alleen met handbagage en ging ik op pad met mensen die ik niet kende. Allemaal bezwaren die achteraf helemaal geen bezwaren waren, maar die ik in mijn hoofd groter heb gemaakt dan ze zijn. En zal ik je nog wat vertellen? Inmiddels heb ik me aangemeld voor het volgende tripje met Viking. In oktober staat Ierland op het programma!